Het Nationaal Comité 4 en 5 mei heeft duidelijk stelling genomen over de herdenking van dit jaar. De herdenking moet in het teken staan van ‘de goeden’, de slachtoffers van WO2. De stellingname was nodig omdat er het plan was om in de gemeente Vorden ook enkele dode Duitsers, die daar begraven liggen, te herdenken. Dit is bedoeld, vertelde burgemeester Henk Aalderink bij Pauw en Witteman, als teken van verzoening, als handreiking naar de toekomst. Het Nationaal Comité is daar tegen; Duitsers zijn daders, redeneert het Comité, en daders moet je niet herdenken.
Henk Aalderink is voor mij een held en het Nationaal Comité kan wat mij betreft de boom in. Hoe durft dit Comité te kunnen benoemen wat goed en fout is, en wat wel en niet herdacht moet worden? Hoe durft men zich zo hooghartig op te stellen? Daarnaast geldt nog dat men zich wat beter had mogen verdiepen in de Vordense kwestie. Enkele ‘dode Duitsers’ liggen daar omdat ze deserteerden.
Als anno nu, tientallen jaren na WO2, nog steeds niet duidelijk is dat de grens tussen goed en fout niet eenvoudig te trekken is, heeft Hitler de oorlog toch nog een beetje gewonnen.
Rob Bruntink
Trots op Vorden!!
Ik ook!